
Body & mind
Ik schaam me kapot
Een ritje langs het postkantoor is zo gepiept. Tenminste, als je geen assistentie nodig hebt.

Diana (35): ‘Voor mijn werk ging ik elke dag langs het postkantoor. Ik werkte op de afdeling verkoop van een autobedrijf en de post ophalen was onderdeel van mijn functie. Die dag was het heerlijk weer, dus ik trok mijn wijde zomerrok aan en stapte in de auto. Het ophaalpunt zat op hetzelfde industrieterrein als mijn werk. Kleine moeite dus. Eenmaal aangekomen liep ik langs het lege loket door naar de brievenbussen. Omdat het een grote locatie was, stonden er meerdere rijen aan brievenbussen en postvakken, een beetje zoals de kluisjes vroeger op school. Bovenaan zaten alle brievenbussen en onderaan de grotere postvakken voor pakketjes. Ik liep naar het gangpad met de brievenbus van mijn werk en haalde de bus leeg. Er zat ook een briefje in dat er een pakket in het postvak onderin zat. Ik hurkte om de deur te openen en haalde met moeite het pakket eruit. Het was vreselijk zwaar, er zaten tientallen nummerborden in. Het was maar net te tillen. Ik wilde opstaan en weglopen toen ik voelde dat ik op mijn rok stond en hij bleef haken. Ik keek naar beneden en zag dat-ie tot op mijn enkels op de grond lag. Mijn zwarte kanten hipster was volledig zichtbaar en niet bepaald bedekkend voor mijn billen. Shit, daar stond ik. Halfnaakt en hulpeloos. Ik kon niks met mijn handen vol. Of nou ja, wat ik had kúnnen doen is het pakket neerzetten en mijn rok omhoogtrekken. Maar op de een of andere manier bleef ik schaapachtig staan en keek ik ongemakkelijk om me heen. Tot mijn schrik zag ik dat er een man iets verderop in het gangpad stond. Hij vroeg vertwijfeld: ‘Eh, kan ik helpen?’ Even snel schoot er door mijn hoofd wat ik van deze man vond. Hij was iets ouder en zag er fatsoenlijk uit. ‘Ja, graag,’ zei ik. Ik wilde hier zo snel mogelijk weg en hij was de enige in de buurt. Hij kwam naar me toegelopen en bukte om heel voorzichtig met zijn duimen en wijsvingers mijn rok vast te pakken. Ik keek de hele tijd omhoog, zodat ik hem niet hoefde aan te kijken. Zonder ook maar iets van mij aan te raken trok hij mijn rok omhoog. Het was vreselijk, zo gênant. Waarom hij mijn pakket niet gewoon aanpakte zodat ik zelf mijn rok omhoog kon doen, weet ik niet. Gek genoeg kwam dat in geen van ons beiden op, dat had de situatie een stuk minder ongemakkelijk gemaakt. Met een hoofd als een tomaat bedankte ik hem. Hij vond het waarschijnlijk net zo ongemakkelijk als ik en mompelde iets van ‘Ja, is goed’ terug. Ik wist niet hoe snel ik daar moest wegkomen. Of er meer mensen getuige waren van deze gênante vertoning weet ik niet, want ik liep met een gebogen hoofd naar buiten. Ik gooide het pakket in mijn auto en reed met gierende banden weg. Een paar jaar lang ben ik nog elke dag naar datzelfde postkantoor gegaan, maar deze vriendelijke man ben ik gelukkig nooit meer tegengekomen. En rokken tot op de grond, die heb ik afgezworen.’
interview Esther Hazewindus, beeld Getty Images






Vind je dit interessant?
Ontdek nu alle Nederlandse top titels in één app!